De auto maat


De auto maat



'Als ie het maar doet, dan vind ik het allang goed.'

Zo vernietigend praten sommige mensen over hun auto. Het verraadt meteen hoe slecht ze over dit onderwerp nagedacht hebben. Deze onthulling brengt ook meteen aan het licht hoe weinig ze zich realiseren hoe ánderen over dit 'gebruiksvoorwerp', zoals velen ze ook wel denigrerend en degraderend noemen, hebben nagedacht. Of dat een auto evenveel of minder waardering zou verdienen als een kaasschaaf.

Als je een poging zou wagen om met zulke lui een discussie in deze sfeer te starten, dan weet je bij voorbaat één ding zeker. Dat verlies je. Dan kom je er binnen de kortste keren achter dat voor elk argument pro auto, zij er minstens twee cóntra auto stellen.

Als jij het als voorstander bijvoorbeeld hebt over bewegingsvrijheid, dan beginnen zij onmiddellijk over luchtkwaliteit en belasting. Of je noemt het vernuft dat je in staat stelt om, zonder het omstandig inspannen en verzorgen van het paard, op comfortabele wijze in je eigen privé omgeving en niet in het bijzijn van hoestende en stinkende medepassagiers, bij een oude en gewaardeerde vriend op visite te gaan. Kort samengevat als: 'comfortabel privé transport', ook wel 'vooruitgang' of 'evolutie' genoemd. In zo'n geval zou je afgeserveerd worden met zoiets als, opnieuw, een onevenredige aanslag op het domestisch ministerie van financiën en 'het is altijd wat met "dat ding": of je krijgt een bekeuring voor vier kilometer te hard rijden, of m'n dochtertje heeft de achterbank weer eens vol gekotst omdat papa de bochten iets te onstuimig rondde.'

Kortom, je kunt een discussie gevoeglijk vergeten. Mijn advies, beste auto maat, begin er maar niet aan. Zeg maar niet tegen deze lui dat zij als kind, in de draaimolen op de kermis, maar al te graag in dat autootje of die mooie rooie brandweerwagen zaten in plaats van op dat paard. Dat ze liever zich een plaatsje in de botsauto's verwierven dan een minderwaardigheidscomplex opliepen in de schiettent.

Vertel ze ook maar niet dat ze als kleuter, peuter en jongeling zo dol waren op cadeautjes die bijna zonder uitzondering verdacht veel weg hadden van voorwerpen die op automobieltjes leken.

Doe hem ook maar niet een complex aan, door tijdens een familiepartijtje te onthullen dat hij als volwassen vent onder het dakbeschot van zijn privéwoning een hele stad met spoorlijntjes aangelegd had en regelmatig buikelings op het hoogpolig tapijt, dat afgedankt werd in de woonkamer en nu dienst deed als weide landschap op zolder, vergenoegd lag te kijken hoe die andere slagboom omhoog ging, nadat het schattige locomotiefje(een volle neef van de auto), met echte rook uit het schoorsteentje, gepasseerd was. Hoezo 'het milieu'?

Laat maar onbesproken dat er letterlijk complete volksverhuizingen en uitwisselingen van culturen hebben plaatsgevonden, bijvoorbeeld in de jaren zestig, dankzij de letterlijke vooruitgang als gevolg van het autobezit. Daar gingen ze, op weg naar Spanje over de overvolle Franse snelwegen: de kevertjes en de Karmann Ghia's, de Fregatte's en de Dauphientjes, de Rekords en de Kadettjes, de Anglia's en de Escorts en al die andere tientallen merken en types waar hardwerkende en eerlijke mensen de hand op hadden weten te leggen. Doe geen moeite om die vele miljoenen mensen die er werkgelegenheid door hebben, te vermelden en al helemaal niet dat de uitvinding, die de mens al meer dan een eeuw geleden deed, inmiddels een dusdanige ontwikkeling doormaakte dat hij véél veiliger, comfortabeler en tenminste veertig keer schoner is dan de scooter waarop deze hypocriete auto hater elke dag naar zijn werk tuft.

Oké het kost een behoorlijke sloot geld, vooral in Nederland, maar je krijgt er wel even behoorlijk veel voor terug, gesteld dat je het kunt- maar vooral wílt waarderen. Er wordt wel eens gekscherend en half gemeend geroepen: 'Een hobby mag geld kosten, tóch?!' Dat veelbetekenende 'tóch?!' moet dan benadrukken dat de spreker vindt dat de luisteraar niet moet zeuren en dat hij zelf wel uit zal maken waar hij zijn geld aan besteedt. Aan dure vakanties, aan een extreem uitgebreide vis uitrusting inclusief motorboot, aan kunst, misschien zelfs aan een veel te groot huis om de medemens te imponeren en zijn bankrekening te laten imploderen en zijn nachtrust te ruïneren.

Maar een beetje leuke auto? Nee, 'auto' dat is een vies woord. Dat is weggegooid geld, want 'Ik ben helemaal niet op geld, helemaal niet bezitterig en zéker niet als het om auto's gaat.' Zo, dát statement hebben ze gemaakt. Dát is nog eens stoer en duidelijk. Jij wordt als toehoorder ter plekke gebombardeerd tot materialist, verspiller van energie in alle opzichten en niet te vergeten: vervuiler. Nee, dan kun je toch maar beter in een relatief goedkoop 'r.n.s.' autootje rondrijden, want je wilt toch niet meedoen in deze ratrace?! Je wilt toch nog liever een 'reuk nog smaak' auto, dan dat je mee doet in de aanschaf van een statussymbool?! Begrijp me goed: iedereen is uiteraard volledig vrij in zijn of haar keuze, ook in dit opzicht, maar bagatelliseer niet het feit dat je eigenlijk liever een andere auto had gehad, terwijl je naar de buitenwereld doet alsof iedereen om hem heen zijn auto gebruikt als verlengstuk van zijn, je weet wel..

Hebben autofoben dan altijd ongelijk? Natuurlijk niet. Soms zit er wel een kern van waarheid in, in wat ze zeggen. Als je bijvoorbeeld gaat kijken naar de namen die autofabrikanten aan hun producten mee geven, dan zou ik ook wel even uitkijken. Dan kun je wel zeggen: 'Wat is in een naam?'(maar dan op z'n Engels) Maar toch, je wordt er al die tijd, dat je hem bezit, aan herinnerd. Dan zou ik misschien ook wel diep weggedoken in de kraag van mijn jas over straat willen gaan, als ik uit een auto zou stappen waar op de kofferklep het woord 'Applause' zou staan, of 'Princess'. Het toppunt van zelfdestructie is toch wel 'Charade'. Wie noemt zijn auto, die met bloed zweet en tranen is ontwikkeld, nu een 'desceptie', een 'farce'? Zou u ook niet op een verjaardagsfeestje het schaamrood op de kaken vermijden, door te verzwijgen dat u de niet trotse bezitter was van een 'Goggomobiel'? Nou zijn die dingen gelukkig niet meer leverbaar, maar toch..

Hier hebben die 'automobifoben' dus wel een punt. Die naam doet overigens vermoeden dat ze wat benauwd zijn voor twéé dingen en dat is ook zo. Enerzijds zijn ze bang dat de auto een te prominente rol in hun leven gaat vervullen en anderzijds zijn ze bang dat aan het licht komt dat ze het stiekum toch wel verdraaid handig vinden om er gebruik van te maken, al is het maar incidenteel. 'Automobifoben' moeten trouwens niet verward worden met 'automobielofone' personen: dat zijn mensen die met zo'n lange spriet op hun auto rondrijden, waarmee ze via een 27MC 'bakkie' contact onderhouden met de buitenwereld. Door de komst van de mobiele telefoon zijn deze kletskousen overigens sterk in aantal gedaald.

In de loop der tijden hebben producenten van persoonlijk vervoer vaak geprobeerd een pakkende naam te verzinnen voor hun producten. Sommigen gingen daarbij wat laf te werk en gaven hun geesteskind een code mee, zoals bijvoorbeeld 2CV, of simpelweg een getal zoals bijvoorbeeld 500. Soms probeerden ze de boel te omzeilen door op de geografische toer te gaan, door hem naar een rivier, een gebergte of een streek te noemen, zoals bijvoorbeeld 'Anglia', 'Bellett', of 'Cordoba'. Het kwam zelfs voor dat ze hun toevlucht namen tot gebruiksartikelen of levensmiddelen. Wat dacht u bijvoorbeeld van 'Croma?'

De meeste mensen die in deze tak van sport werkzaam zijn, blijken van de mannelijke kunne te zijn en wat ligt er meer voor de hand dan 's maandags 's morgens op kantoor te verschijnen met de opmerking: 'Nu heb ik het gevonden, we noemen ons nieuwe type:"Marina!"' Vrouwennamen waren dus ook niet altijd een onverdeeld succes. Hoewel: er zijn gevallen bekend waarbij de naam van een vrouw in de loop van de tijd toch op zijn minst een buitengewoon grote naamsbekendheid heeft gegenereerd. Een autofabrikant had aan het begin van de vorige eeuw de kans om een bijzonder grote order in de wacht te slepen.

De potentiële klant had echter wel een voorwaarde voordat hij het lucratieve contract ondertekende: het product moest de naam gaan dragen van zijn dochter. Hij bedoelde natuurlijk niet haar achternaam 'Jellinek', maar haar voornaam 'Mercédès'. Op de een of andere manier is dit rond gaan zingen en als je deze naam tegenwoordig hoort of ziet, denk je al lang niet meer aan een prachtige dame met lang donker haar en een figuur om door een ringetje te halen. Nee, je denkt aan een gebruiksartikel om je, met een glimlach op je gezicht, behaaglijk van de ene naar de andere plek te verplaatsen.(en dan bedoel ik géén rolstoel)

Dit verhaal kende overigens nog een staartje, doordat papa Jellinek enkele jaren later besloot om de voornaam van zijn dochter voortaan als zijn eigen achternaam te gaan gebruiken. Hij ondertekende dus voortaan zijn papieren met: 'Emil Mercedes'. Dit is waarschijnlijk de eerste (en misschien de enige) keer dat dit gebeurde ter wereld.

Vrouwennamen werken dus soms. Misschien is dat wel de reden waarom het een vrouwelijk voorwerp is: 'la voiture'.

Hoewel: dat klopt ook weer niet helemaal. De Duitsers zijn er van overtuigd dat het een niet uitgemaakte zaak is, zij houden het op 'das Auto'. De Italianen vinden het, hoe kan het ook anders, een vrouwelijk voorwerp en de Engelsen houden zich op de vlakte met 'the car'. Als je door gaat vragen komen ze toch wat aarzelend over de brug met een onzijdig ding: 'The car, "it" shocked and sputtered..'

Waar ik wèl zo'n ongelooflijke jeuk van krijg is de opmerking: 'Als ie het maar altijd doet als ik hem nodig heb en (in één adem er achteraan) als ik maar van A naar B kom, dan vind ik het allang goed.' Ik ben me ervan bewust dat de vorige zin een hoog 'Youp'-gehalte heeft, maar het getuigt werkelijk van zo een kortzichtigheid en bekrompenheid. Tientallen jaren lang hebben hele volksstammen zich drie slagen in de rondte gewerkt, soms letterlijk met gevaar voor eigen leven, om te zorgen dat diezelfde volksstammen op een steeds acceptabeler manier van A naar B kwamen, dat het inmiddels ongelooflijk is waartoe het menselijke intellect in staat is gebleken.

Als azijnpissers eigenwijs blijven door hameren op opmerkingen als: 'Ja maar, weet je wel hoeveel mensen de auto als een moordwapen gebruiken, voor zichzelf of voor anderen?' Tja, dan komen we natuurlijk nergens. Als uitzonderingen de regel gaan bepalen, dan kunnen we (de auto) inderdaad beter inpakken.

Zelfs autosport heeft een functie. Tegenstanders vinden het verspilling van benzine en andere energie, maar realiseren zich niet dat het procentueel slechts een heel klein deel is van de automobiel industrie als geheel, al gaan er miljoenen in om. Het levert zo ongelooflijk veel informatie en dus vooruitgang op, dat u en ik nog steeds per postiljon naar ome Dirk en tante Truus in Rotterdam aan het hobbelen waren, als er geen autosport geweest zou zijn.

Werkelijk álle verbeteringen aan uw huidige voertuig zijn daaruit èn het zij eerlijkheidshalve vermeld, uit de luchtvaart, afkomstig. Perfectionering in aerodynamica, remmen en banden bijvoorbeeld zijn enorm belangrijk geweest en die ontwikkeling gaat nog steeds door, nu met een prominente rol in de hoek van micro elektronica. Dat de evolutie uiteindelijk zal leiden naar de elektrische auto, is een andere discussie.

Tussen twee haakjes, weet je wat er gebeurt als je een scheutje benzine op de grond gooit met een brandende lucifer er achteraan? Ik hoor u al zeggen: 'Ja, kunst: dan krijg je een steekvlam natuurlijk!' Stel je nu eens voor dat je ook iets met die steekvlam zou kunnen doén. Je zou er bijvoorbeeld mee van Engeland naar Australië, of van het uiterste noorden van Amerika naar het uiterste zuiden kunnen reizen? Dan had je natuurlijk wel meer dan één ontploffing nodig, om precies te zijn een paar miljard, omgeven door meer dan 6000 onderdelen, waarvan de meeste bewégende onderdelen waren. Stel je eens voor dat je zonder ook maar één probleem het einddoel zou kunnen bereiken. Zou dat niet knap zijn?

Dit kunstje is in de afgelopen decennia al honderden keren geflikt. Weet je waarmee? Nee je raadt het vast niet!

Trouwens: wat de meeste mensen óók niet weten en waar u goede sier mee kunt maken op verjaardagspartijtjes, is de etymologie van het woord 'benzine'. Dit is namelijk afkomstig van de uitvinder van de auto: Carl Benz. Op dat feestje zeg je dan verder langs je neus weg: 'Net als "diesel" vernoemd is naar de uitvinder van de dieselmotor: Rudolph Diesel.' Gegarandeerd dat u voortaan als expert op dit gebied door het leven gaat.


Laatst was ik in een museum waar een kunstenaar een versnellingsbak had verbonden met een paardenhoofd. Nu hoor ik u denken: 'Een paardenhoofd vastgemaakt aan de versnellingsbak van een auto? Gadver..' Ik kan u verzekeren: het zag er ongelooflijk natuurlijk, vloeiend en vanzelfsprekend uit. Het kunstwerk was geheel van metaal vervaardigd en symboliseerde uiteraard het ontstaan van de automobiel uit de door een paard voortbewogen koets. Zo'n 'geintje' kun je natuurlijk alleen maar aan een echte kunstenmaker overlaten en het zal u niet verbazen dat het glimmende prachtstuk in een .. automuseum stond.

Nog even één vraag die mij bezig blijft houden: waarom blijven mensen die zoveel economische, praktische en andere bezwaren hebben tegen auto's, tóch nog zó massaal gebruik maken van hun eigen onheilige koe? Ik ken maar héél weinig mensen die er niet een aangeschaft hebben op de veemarkt.






©2016 André Verhagen | Alle rechten voorbehouden
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin